Kettingmoord in het café

Jim is wat men noemt een ‘veelpleger’.

Hij houdt zijn eigen regels er op na en indien hij wordt tegengesproken, komt de dader in hem los.

Een café in Groningen heeft hem de toegang voor drie jaren ontzegd. Dat is niet niks. Dan heb je goed je best gedaan om zoveel mogelijk trammelant te schoppen. De drie jaren zijn nog niet voorbij. Jim is toch maar zo brutaal te verschijnen. Loopt naar binnen alsof hij een graag geziene gast is maar wordt onmiddellijk verwijderd. Jim slaat in woede even een glazen deur bij de garderobe kapot en moet nu maken dat hij er uit gaat.

Eenmaal bij de buitendeur, komt het tot een woordenwisseling met de portier en eigenaar van het café. Jim schreeuwt: “Ik ga jou slaan, zodat je dit nooit weer doet”. Loopt vervolgens naar zijn scooter pal tegenover het café, haalt daar een ketting uit de buddyzit van 1.20 meter lang en loopt recht op de glazen deur af. Waar de portiers staan. Bezoekers deinzen achteruit.

Camerabeelden laten alles zien in de rechtszaal.

Jim loopt met zijn enorme scooterketting op de portier af, houdt zijn arm met ketting omhoog en slaat keihard. De portiers doen hun best de glazen deur, van tien centimeter dik beveiligd glas, snel te sluiten voor Jim’s geweld maar het is te laat. De deur breekt in duizend stukken. Het eindstuk van de ketting raakt de portier vol in zijn kaak en jukbeen. Jim loopt kalmpjes weg en nog geen tien seconden later zie je vier politieagenten achter hem aan rennen. Jim wordt gearresteerd.
De officier van justitie vraagt wat hij met die ketting van plan was. “Slaan”, zegt Jim. “Dan had hij me niet in mijn gezicht moeten spugen. Had hij dat niet gedaan, dan was dit niet gebeurd”.

De portier heeft het overleefd.

Jim drinkt meerdere flessen whiskey op een dag. Is bekend bij justitie vanaf 1997. Heeft een strafblad van de grond tot aan het plafond met kernwoorden: diefstal, laptophandel, diefstal van telefoons, mishandeling, zware mishandeling van vriendin, vuurwapenhandel, bedreiging met een mes, diefstal van een dekbedhoes en lampen bij Ikea (jawel) en erg veel met opium en zelfs iets met bolletjes.

Hij beredeneert alles vanuit een omgekeerde wereld. “Als ze mij geld hadden gegeven, dan had ik die laptop niet meegenomen”. Alles is de schuld van een ander maar zeker niet de schuld van Jim.

Hij groeit op bij zijn oma in Curaçao. Hij heeft geen opleiding en kan daardoor niet lezen en schrijven. Hij is nu 24 jaar in Nederland maar spreekt de taal nauwelijks. Een tolk vertaalt alles.

De officier zegt dat hij willens en wetens het risico heeft aanvaard met de ketting de portier zo hard te slaan dat hij zou worden gedood. Een glazen deur die je normaal gesproken nog niet met een hamer kapot slaat maar wel met een ketting? Dan is er enorme kracht gezet achter deze gekozen daad: poging tot moord.

De kans op herhaling is groot, geweld is Jim’s tweede natuur en afkicken van drank is nooit gelukt. Hij zat óf in de gevangenis, óf in de zittingszaal.

Het moet afgelopen zijn. De officier noemt 14 jaar voor moord. Omdat dit duidelijk een poging tót is, wordt de straf iets minder zwaar. Maar zwaar genoeg. Voordat ook de TBS-maatregel wordt opgelegd, vindt de officier dat er nogmaals goed moet worden gekeken naar de geestestoestand van Jim.

Daar is zijn advocaat het mee eens.
De zaak wordt aangehouden tot nader te bepalen datum voor een nieuwe zitting.
Tot die tijd gaat Jim terug naar Ter Apel, naar een cel met een stalen deur.

Stukken veiliger.

* De UITSPRAAK volgde op 27 april ’12 na nogmaals maanden van onderzoek naar de geestesgesteldheid van de man. 4 jaren celstraf en 1 jaar voorwaardelijk sprak de rechter voor de poging tot moord. De rechter is overtuigd van het feit dat de portier de klap met de ketting NIET had overleefd als deze hem vol geraakt had in het gezicht.

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Hoerenlopers, opgelet!!

In de twee lege stoelen in de zittingszaal horen Dirk en Rikus te zitten. Rikus zit er niet omdat hij het allemaal erg vervelend vindt en Dirk niet omdat hij toch zwijgt en dan heeft het geen nut voor een rechter te gaan zitten, vindt hij. Hun raadslieden zijn er wel.

De mannen hebben bezoekers van een sexhuis afgeperst om er zelf beter van te worden. O.a. meneer Smit. Afdreiging, volgens ons Wetboek van Strafrecht. Artikel 318.
Smit is ook niet aanwezig.

Wat is er gebeurd:
In de eerste week van september 2009*, liggen twee mannen in de bosjes bij een sexhuis in Drenthe op de loer om foto’s te maken van auto’ s die daar staan geparkeerd. Met de bedoeling de eigenaars af te persen voor geld. Ze maken foto’s van een man die naar buiten loopt. Meneer Smit. Ze fotograferen zijn auto, kentekenplaten en zoeken op internet allerlei gegevens over hem op.
Ook zijn telefoonnummer en gegevens over zijn broer die een winkel heeft.

Smit heeft sterk het vermoeden dat hij op de terugweg naar zijn lieve vrouw thuis, wordt gevolgd door een zilvergrijze auto met daarin twee mannen.

Smit wordt de volgende dag gebeld.
Als hij niet wil dat zijn vrouw achter zijn hoerenbezoek komt, dan zal hij 1000 euro moeten betalen.
Anders zetten ze alles op internet, lichten ze zijn vrouw in en dat zou vreselijk zijn, nietwaar?

Er wordt snel voor de volgende dag een afspraak gemaakt op de parkeerplaats bij een supermarkt en Smit overhandigt daar de duizend euro, in ruil voor de beloofde SD-kaart met daarop de foto’s en beelden van Smit, lopend uit het sexhuis.

Denkt hij.

De dag daarop wordt Smit weer gebeld door de afpersers. Hij heeft tóch niet de juiste kaart met foto’s maar wil hij die alsnog dan moet er nu maar eens 2000 euro worden betaald, dunkt de afpersers zo.

Smit wordt misselijk van de zenuwen en belt met de politie. Er wordt een plan gemaakt om de afpersers te grazen te nemen. Een afspraak om bij een doe-het-zelf-zaak het geld te overhandigen is nog dezelfde dag een feit. Smit staat daar, samen met een politievriend. De zilverkleurige auto van Dirk en Rikus rijdt vier keer langs maar stopt niet.

Dirk en Rikus zetten het op een rijden maar worden gevolgd. Rikus pleegt ondertussen nog een sanitaire stop. Een politie- geurhond moet later uitwijzen of niet op dat moment even de SD-kaart de bossen is ingewipt.

De aanhouding volgt.

In de auto vindt de politie een SD-card van hetzelfde merk maar met foto’s van een andere man, pepperspray, een papier met daarop de gegevens van Smit met daarop een keurige vingerafdruk van Rikus, een TomTom die de route naar de supermarkt aanwijst. In de laptop van Rikus staan kreten die leiden naar Smit, naar zijn broer en sms- berichten uit Rikus zijn telefoon duiden op de geplande afspraken omtrent het te overhandigen geld. Smit geeft bij de fotoconfrontatie aan dat het Dirk en Rikus zijn geweest aan wie hij de duizend euro heeft betaald.
Bingo.

Dezelfde week belt ook een andere man met de politie met hetzelfde verhaal, alleen is hij nooit bij het sexhuis geweest. Ook hij zou worden uitgeknepen.

Omdat dit volgens de officier van justitie een “ontzettend agressieve manier is om ingrijpend iemands leven overhoop te halen”, eist ze voor Rikus een straf van 12 maanden en voor Dirk 10 maanden.

Mocht de uitspraak conform de eis zijn, dan zullen Dirk en Rikus zich wel vijf keer bedenken dit ooit weer te doen.

Smit vast ook wel.

Op 26 januari volgt de uitspraak.
http://lexius.nl/wetboek-van-strafrecht/artikel318

* Omdat afdreiging een klacht- delict is, moeten de slachtoffers worden gevraagd de verdachten te laten vervolgen. Het OM had dat niet gevraagd. De slachtoffers hadden immers aangifte gedaan. Er volgde hoger beroep en cassatie bij de Hoge Raad. Wat eigenlijk op deze manier niet mogelijk was. Deze dwaling duurde lang.
Daarom werd de zaak deze week pas weer behandeld.

Uitspraak: beide heren krijgen negen maanden. Een forse straf.

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , | Een reactie plaatsen

“Want ik zoek je op en ik maak je af “

De Dalton-brothers  Bob en Martijn.

In de zittingszaal geven ze elkaar nog even stoer een  ‘box’  met een vette knipoog.  Dit wordt onmiddellijk door parketpolitie tegengegaan want er mag niet met elkaar gesproken worden. Beide heren kom tegelijkertijd voor de rechter. Dat is economisch gezien handiger.

De heren ( beide van ‘91) kunnen gaan zitten en wel voor het volgende:

Openlijke geweldpleging, bedreiging, mishandeling, diefstal, afpersing en poging tot diefstal en verbale bedreiging.

Ze vernielen onder andere: een bankje bij een ziekenhuis, proberen met afpersing geld te stelen, halen een fiets van een slot, breken een vouwfiets open, mishandelen in Groningen, drinken zich lam en pogen meerder keren te stelen in  ‘vereniging’ etc…

Een  waslijst.  Het is 17 september  2010.

De heren zijn op jagerspad in de stad. Er lopen wat meiden met hun mee.  Ze zuipen zich een stuk in de kraag en struinen  rond.  Een  15-jarige jongen  zou een meisje lastig  hebben gevallen, Joke. En Joke hoort bij hun. Wegwezen! Maar nu hij er toch is, kan hij fijn ook zijn dure telefoon afstaan. Dat wil de jongen niet. Er wordt gescholden en getrokken en hij wordt geslagen. Met als toetje een enorme kopstoot. Door Bob.  Joke ziet dat.  Ook dat de knaap van 15 bij zijn kraag wordt gevat en tot drie keer toe in zijn gezicht wordt geslagen.  Door Martijn.

De telefoon is binnen. En de fiets ook.

Vervolgens gaan ze naar de supermarkt vlakbij het station, halen zich een “tray”  bier na het drinken van een hele fles Berenburg. De hoeveelheid drank die ze nuttigen vervaagt elke herinnering aan welke daad ook.

Er wordt naar de heren gezocht. Dit komt Bob ter ore. Vervolgens gaat Bob naar Martijn om hem  dreigend te verplichten nergens over te praten.  “Want ik  zoek  je op en ik maak je af”.

Rechter: “Klopt dat?”.

Bob:  “Dat dat heb ik helemaal niet gezegd”. “Ik heb ook geen kopstoot gegeven. Ik denk nog:  ik loop hier bij weg, dadelijk nog ‘slagerij’  (in prachtig dialectvol Gronings)”. Moeder verklaart dat Bob zo’n lieve jongen is maar moeders hebben wel vaker een ander beeld van hun zoon.

Bob herinnert zich van de kopstoot niets.  Zijn geheugen gaat volgens de officier  ‘aan en uit’. En hoe komt die afgeperste telefoon dan bij Joke? En die fietsendiefstal dan? Dat bekennen ze wel, ook de vouwfiets, en Martijn geeft toe klappen te hebben uitgedeeld aan de 15-jarige.

De jongerenwerker zegt over Martijn dat het een goede jongen is, als hij zich maar aan regels houdt en geen foute vrienden heeft. Maar Martijn houdt zich niet aan regels, want hij overtreedt de alcoholschorsing, heeft een leerstraf gehad op zijn 16e, heeft een 12 pagina’s tellend strafblad, in 2007 gezeten voor brandstichting,  in 2009 een straf gehad van 18 maanden, waarvan 8 voorwaardelijk en in die voorwaardelijke maanden pleegt hij deze feiten. Hij zit er ongeïnteresseerd bij en wanneer de reclassering hem wil spreken over een vervolgtraject, verslaapt hij zich op de dag van de afspraak. Hij is duidelijk niet gemotiveerd.

Bob daarentegen juist wel. Heeft ook zijn vest aangedaan die hij op de dag van de daden droeg.  ”Dan kunnen jullie hem ook even in het echt zien, ja”. Hij wil wel vooruit. “Ik beland in de goot, dit is de laatste keer dat ik ‘hierzoot’ zit”. “Als ik niet onder invloed van drank ben, doe ik niks”, zegt Bob nog tegen de officier.

Volgens de officier van justitie zijn de twee jonge gasten zelf  ‘foute vrienden’  en is hun hele rapport doordrenkt van alcohol. De eis voor Bob luidt : 240 dagen celstraf, 118 dagen onvoorwaardelijk, een verplichte deelname aan de FPA-training in Zuidlaren * voor maximaal 12 maanden en reclasseringstoezicht voor een tijd van 2 jaar en een te betalen schadevergoeding van 300 euro.

Voor Martijn ziet de eis er als volgt uit: 90 dagen zitten waarvan 77 voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Een werkstraf van 100 uren en verplicht reclasseringstoezicht voor de duur van twee jaar en ook hij mag 300 euro aan schadevergoeding gaan betalen.

De Daltons zijn er klaar mee.

 

Uitspraak op 19 januari

* http://www.forint.nl/Zorgfuncties/Intensieve%20Zorg/Pages/default.aspx

Geplaatst in Rechtbankverslagen | Getagged , , , , , | 1 reactie

“Ik maak haar dood”


Vandaag hoorde een 71-jarige man in de rechtbank zijn vonnis. Hij kreeg voor poging tot doodslag op zijn vrouw (ja,u leest het goed), 394 dagen celstraf.

Ik hoor u denken.

394 dagen celstraf. En daar gaat dan zijn voorarrest van 360 dagen af. Dan blijven er na een kort rekensommetje 34 dagen over om te zitten. Dat is nog een hele dikke maand lang. Hij had haar horen telefoneren en ineens waren de stoppen bij hem doorgeslagen. ”Ik maak haar dood”, dacht hij. Hij greep een gewichtshalter en sloeg haar daarmee neer.

In februari komt de 71- jarige man weer vrij. Gelukkig maar. Hij heeft zijn hele leven niets met justitie van doen gehad, vandaar ook de laag uitgevallen straf.

En dan?

Is de scheiding dan reeds in werking gezet?  Zijn ‘vrouw’ uit huis? Staan er bewakers om zijn erf? Heeft zijn vrouw inmiddels een geweer gekocht? Een groot slagersmes aangeschaft? Krijgt hij hulp? Krijgt zij hulp? Of nog erger: komen ze weer bij elkaar terug? En dan nog de vraag die me bezighoudt: zie ik hem terug in de rechtbank, in 2012?

Zal de 71-jarige man geschrokken zijn van zichzelf? Of zal hij denken: ”Nou, de moeite bijna niet waard, die maanden zitten, ik doe het nog eens en dán goed. Dan word ik hooguit ontoerekeningsvatbaar verklaard en zit ik nog een jaartje, want zo gaat dat in Nederland”.  Dat kán, dat hij dat denkt.

Ik hoor u denken.

Misschien was het uw buurman wel, of een verre neef, de klusjesman van vroeger voor uw cv-ketel, uw oude leraar Nederlands, de voorzitter van de biljartclub, een directeur van het één of ander, misschien stond hij achter u in de rij bij de kassa. Misschien was hij ooit rechter of advocaat.

“ik maak haar dood”, dacht hij.

Ineens? Of kwam hij tot zijn daad na jaren van ellende, ruzies, verkeerde keuzes, spijt van verloren jaren bij haar. Nooit durven scheiden vanwege zijn inwonende dochter. En dan die akelige stem van haar. Hij stond op van de bank, greep de halter en mepte haar neer.

In iedereen zit een duistere – en misschien wel- gevaarlijke kant. Daar ben ik van overtuigd. Zeker na wat ik wekelijks zie in de rechtbank.

Iedereen heeft een valse, of vuile kant. Een niet- leuke kant. Een geheim, een soort van tweede leven. Een kant waarvan men denkt dat degene het niet heeft. En waar men versteld van kan staan. We kennen er allemaal één, of hebben ooit met iemand te maken gehad van dit kaliber, al dan niet wetend.

Zo zijn er mannen die vrouwen verkrachten, oude vieze mannetjes die meisjes van 15 uitlokken tot het doen van onzedelijke dingen, mannen van 23 die meisjes van 14 drogeren met als uiteindelijk doel: de prostitutie in, vrouwen die hun baby bewust uithongeren, bijstandsmoeders die babyvoeding stelen uit een winkel omdat ze het niet kunnen betalen, overvallers die spijt hebben van hun geweld met traumatisch gevolg voor de slachtoffers, vaders die hun kinderen bewust niet meer wíllen zien, rechters die lunchen met de advocaat van een verdachte, advocaten die koste wat kost willen verdedigen, tot smaad en laster aan toe.

In iedereen zit een ‘dader’. Ieder kan -indien de keuze is gemaakt- veranderen in een dader. Een dief. Een moordenaar. Een beest met afschuwelijke plannen. Een drugscourier, een geldwolf, een oplichter.

Ik noem Marianne Bachmeier, de vrouw die de verkrachter en moordenaar van haar 5-jarige dochter in de rechtszaal met zeven kogels om het leven bracht.

Uiteindelijk is iedereen in staat tot zo een daad.

Volgende week gaat mijn column weer over deze personen. Een nieuw jaar. Met nieuwe verdachten en misschien wel  ‘oude bekenden’  in de rechtszaal.

Ik wens u  een crimineel goed 2012 en neemt u flink wat oliebollen vanavond maar let op: u weet uiteindelijk nooit wie ze heeft gebakken…

Geplaatst in Rechtbankverslagen | Getagged , , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Poging tot doodslag, onder kameraden

Joop en Gerard zijn kameraden voor het leven.

Dat blijkt wel als Joop (52) deze week weer in de rechtbank verschijnt (dit is de tweede zitting in deze zaak) omdat hij zijn maat Gerard  heeft gestoken met een mes en dat nog wel na een reuze gezellige avond.

De heren zijn in de nacht van 2 augustus bij elkaar en drinken bier. Veel bier. En ze blowen. Daarbij luisteren ze naar klassieke muziek.

Omdat het bier gaandeweg de nacht op raakt, bestellen ze een taxi die bier voor hen meeneemt.

“Het blijft nog lang best gezellig”, zegt Joop.

Diep in de nacht wordt Gerard vervelend, zegt Joop. Hij “auwehoert” en wil ineens gaan koken. Bami, in de keuken van Joop. Joop heeft daar totaal geen zin in en de inmiddels aangeschoten vrienden krijgen een woordenwisseling. Joop is er flauw van en wil dat Gerard vertrekt. Het loopt uit de hand. Joop pakt een mes uit de keuken, zwaait er wat bedreigend mee heen en weer en steekt Gerard. In de zijkant van zijn borst.

Ze schrikken beide hevig maar Joop heeft niet in de gaten hoe ernstig het is. Gerard zegt nog dat hij voelt dat hij leegloopt, dat het leven uit hem vloeit. Joop kijkt en meent dat het met een hechtingkje wel klaar is. Hij geeft de telefoon aan de gestoken Gerard met de bedoeling dat Gerard zelf maar even 112 belt. Vlak voor de ambulance komt zegt Gerard tegen Joop dat hij geen aangifte zal doen van dit bizarre gebeuren. Dat hij wel zegt dat hij ergens buiten is neergestoken door een donkere man.

Echte makkers.

Maar de gezelligheid is wel voorbij. Over. En de vriendschap ook.

Gerard ligt zo’n dag of tien in het ziekenhuis en bedenkt zich. Hij lijkt wel gek als hij hier niets mee doet en verteld aan de politie wat er is gebeurd.

Joop wordt aangehouden.

Joop zegt dat het een onbedoeld, onhandige keus was om het mes te pakken maar dat hij de bedoeling nooit heeft gehad om hem te steken. Het was een ongeluk. Er is nooit opzet geweest.

Gerard zegt dat Joop hem zomaar aanviel en stak. Willens en wetens. Het was een gerichte aanval. Jazeker, Joop wilde hem neersteken. Hij had gezegd dat hij geen aangifte zou doen omdat hij bang was geworden voor Joop.

Volgens de officier is het moeilijk te achterhalen welk verhaal nu het ware is, en daar gaat het hem om. De waarheid. Was het een in blinde woede ontstane steekpartij, of was het een ongeluk en liep Gerard in het mes? Het is allemaal erg onduidelijk. Het verhaal van Joop is het meest aannemelijk.

Als er geen opzet in het spel is geweest, dan moet Joop worden vrijgesproken van poging tot doodslag. Dan is er echter nog wél de bedreiging en die liegt er met een mes ook niet om. Voor die bedreiging eist ze een straf die gelijk staat aan de weken die Joop al heeft gezeten, en een maand voorwaardelijk. Plus een schadevergoeding van duizend euro.

Joop krijgt het laatste woord, draait zich om naar zijn maat, steekt zijn armen dramatisch uit en zegt: ” Het spijt me verschrikkelijk, kerel”.

Dit schiet Gerard verkeerd. HIJ is degene die het laatste woord wil! Hij is het niet eens met de officier en gaat staan. En óf Gerard wel gestoken was. Hij trekt -live in de zittingszaal- zijn t-shirt uit en laat de gehechte wonden zien. “Ben ik niet gestoken?? ” zegt hij nog maar de rechter zegt dat hij zijn shirt onmiddellijk moet aantrekken, anders zal hij worden verwijderd uit de zaal.

Volgens Joop is alles gezegd tijdens zijn tweede, laatste woord.

De uitspraak was op 30 december. Volgens de rechtbank is het een ongelukkige samenloop van omstandigheden geweest. De rechtbank gaf Joop wél een celstraf van 45 dagen, waarvan 30 voorwaardelijk, vanwege de bedreiging. 

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Poging tot doodslag, Johan en Auke

Poging tot doodslag.

Bij dit feit is gepoogd iemand van het leven te beroven maar is de uitvoering van dat misdrijf niet voltooid. Poging tot doodslag kan van alles inhouden, het is een zeer ernstig feit.

11-09-2011, Johan en Auke.

Het is gezellig in Groningen, het uitgaansleven komt op gang, de cafés en bars lopen vol en hier en daar joelt wat jeugd op straat. Groningen bruist. Daar kan men leuk uitgaan. Overal hangen stadscamera’s. Dat geeft een veilig gevoel.

Het is ook gezellig in een café in de Peperstraat, hoewel er bij de garderobe wat wordt gedrukt en geduwd door twee groepjes jonge mannen. Zodra het uit de hand dreigt te lopen, grijpen uitsmijters in. De oproerkraaiers worden verwijderd.

Deze heren komen elkaar op de Grote markt weer tegen, waarbij het onmiddellijk uit de hand loopt. Er wordt nog geopperd om alles bij de Martinitoren maar even goed op te lossen, daar zouden geen camera’s hangen. Maar het is al te laat, het gevecht barst los. Eén van de mannen, Jelte, wordt door Johan (21), op de grond geslagen met een ferme klap. Auke (23), helpt hem daarbij maar die is zo dronken dat hij tijdens zijn schoppen zélf op de grond valt.

Jelte, ziet nog een schoenzool boven zijn hoofd en wordt daar vol op geraakt.

Johan schopt zó hard op de reeds liggende Jelte, dat dit gekwalificeerd kan gaan worden als zijnde: poging tot doodslag. Hij nam een aanloopje, sprong en trapte hard met zijn voet op het hoofd van het slachtoffer.

“Hierbij had het slachtoffer heel makkelijk het leven kunnen laten”, aldus de officier. Maar dat is niet gebeurd. Jelte zit in de zaal.

Ze weten er niets meer van. Te laat, te dronken en natuurlijk teveel drugs. Ja, ze hadden wel een beetje teveel gehad, van van alles, dat wel, en er was ook wel ruzie geweest. Kom, ze lieten zich niet uitdagen.

Alles is gefilmd.

Johan heeft de beelden al eens gezien, Auke niet. Dat is even schrikken in zittingszaal 14.  Johan ziet zichzelf slaan en trappen en dan in de finale nog even een sprong maken op het hoofd van Jelte, met grote kans op dodelijke afloop. En dat in zijn proeftijd…. Hij staat versteld van zichzelf.
Ook zijn ouders wisten niets van zijn cocaïnegebruik.  “Ik wist niet dat ik dit soort dingen kon doen, dat ik hiertoe in staat was”. Hij biedt Jelte terloops even zijn excuses aan.
Johan had ooit plannen, hij zou een prachtige opleiding doen maar zijn vorige detentie gooide roet in zijn eten.
De filmbeelden doen dat ook.
De officier eist voor Johan; 12 maanden gevangenisstraf, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, reclasseringstoezicht en een algeheel alcohol- en drugsverbod voor de duur van een jaar.

Auke herkent zichzelf tijdens vertoon van de beelden ineens aan zijn jack en knikt  ‘ach en wee’ op de bevindingen van de officier. Hij heeft snel een ‘boze’ dronk, is gefrustreerd, woont nog bij zijn vader, staat onder begeleiding van een maatschappelijk werker en zijn broer is zijn bewindvoerder. En, hij is eerder veroordeeld geweest voor openlijke geweldpleging. Poging tot doodslag wordt Auke niet verweten, wél (wéér) openlijke geweldpleging. De eis: 120 uur werkstraf, vier maanden voorwaardelijk en reclasseringstoezicht én een algeheel alcohol en drugsverbod voor een jaar plus daar bovenop een training met de prachtige titel: “Baas over eigen boosheid”.

Jelte claimt een schadevergoeding aan smartengeld van 500 euro en 15,50 euro voor de extra tandartskosten. Hij wil niets meer zeggen.

De officier blijft na het woord van de verdediging fel bij zijn eis want: ”Dit strontvervelende gedrag van mensen die teveel hebben gezopen en gesnoven is volstrekt onveilig en abnormaal. Gelukkig hebben we camera’s voor dit ontspoord gedrag”.

Uitspraak op 29 december.

Geplaatst in Rechtbankverslagen | Getagged , , , , , , , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

De bekennende verdachte, Renéé

Een boomlange vent verschijnt in de zittingszaal, Renéé.

Renéé  staat voor het ‘hekje’, omdat hij wordt verdacht van zes brute, gewelddadige straatroven waarbij hij een vuurwapen heeft gebruikt. Deze overvallen met afpersing, pleegt hij in augustus 2010 en in de eerste vier maanden van dit jaar.

Zo heeft hij tegen een vrouwelijk slachtoffer geschreeuwd: “Ik schiet je hartstikke dood” en bij een andere straatroof, voorzien van een grijze panty op zijn hoofd zijn kansloze prooi van haar spullen ontdaan door uit een kinderzitje van zijn gestolen fiets een pistool te halen en deze, op niet mis te verstane wijze, tegen de slaap van de angstige vrouw te houden, met de woorden: ” Je geld, schiet op, alles!!”.

Bij  een ander slachtoffer ging hij op dezelfde wijze tekeer. Wachtend om de hoek pakte hij zijn kans en greep de zich kapot geschrokken man bij zijn nek om zo de buit af te dwingen. Ook onder bedreiging van een wapen. De andere berovingen gaan op een soortgelijke manier. Het gaat om geld, mobiele telefoons, portemonnees, alles wat maar geld op levert. Ook steelt hij een brommer.

Al deze berovingen zijn afschuwelijk voor de slachtoffers. De vrouw die is beroofd durft nu na maanden nog niet van haar werk naar huis te fietsen en angst geldt ook voor de andere slachtoffers. Wat deze man heeft veroorzaakt in deze levens, mag enige naam hebben. De slachtoffers claimen in totaal een som van 5.000 euro.

Renéé wordt opgepakt doordat hij zijn eigen sim-kaart in één van de verkregen mobiele telefoons heeft geplaatst. Op het politiebureau doet hij een zéér uitgebreide verklaring, waarbij hij nóg twee, tot nu toe niet opgeloste straatroven, bekent.
“Klopt dat?”, vraagt de rechter. “Ja, alles klopt”, zegt Renéé.

De zittingszaal valt even stil.

Renéé geeft alles toe. Bekent alles. Van de bedreiging tot aan het schreeuwen van de woorden: ’ik schiet je dood’, van het pistool tot aan het opwachten en afpersen met geweld, Renéé bekent. Ook zegt hij dat hij soms wel drie dagen wakker was door gebruik van harddrugs en daardoor met dagen wat in de war is maar dat alles verder klopt. Op elke vraag die door de rechter wordt gesteld antwoordt hij instemmend. Hoe groot de gevolgen ook voor Renéé kunnen zijn,  hij geeft alles toe. ”Ik snap niets meer van mezelf”, zegt hij.  “Ik wil schoon schip maken”. Oprecht overtuigt.

In het reclasseringsrapport staan de volgende termen: verminderd toerekeningsvatbaar, impulsief, scheefgroei in de loop der jaren, onder invloed van drugs, opportunistisch, hedonistisch, ADHD, agressie-problematiek, behandeling met hoog beveiligingsniveau noodzakelijk, narcisme, geen inlevingsvermogen.

Renéé is al sinds jong wees. Hij oogt wat kwetsbaar als zijn raadsman dit noemt. Elke straf wil hij ondergaan, ook een klinische behandeling. Die combinatie, straf maar ook een passende behandeling, zou voor Renéé kunnen werken, zegt zijn raadsman.
Renéé geeft ook in zijn antwoord aan de rechter te kennen dat hij dat graag wil, en ook alles wil ondergaan. “Dit gaat gewoon niet verder, zo”. Renéé wil écht. Hij wil ooit normaal leven. Bekennen en zijn straf ondergaan.

Omdat de veelheid aan feiten geen ruimte laat voor een voorwaardelijke straf en er aan de horizon de TBS-maatregel gloort voor Renéé , zo zegt de officier, eist ze een gevangenisstraf van zes jaar met aftrek van voorarrest, met start van de behandeling.

De rechter kijkt naar Renéé. De zaal is stil. Het laatste woord is aan Renéé zelf.

“Ik heb spijt.  Echt spijt.  Van alles”.

Uitspraak: Renéé krijgt de voorgeschotelde 6 jaar.

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Stelen en gokken, Jan


Jan zit in de zittingszaal nonchalant achterover en maakt een gehaaste, ietwat arrogante indruk. Maar dat kan ook onzekerheid zijn. Hoewel onzeker…

Jan wordt beticht van diefstal. Van geld. Van veel geld.

Van zijn moeder.

Op 27 december neemt hij de pinpas van zijn moeder en neemt daarmee een bedrag op ter grootte van 1.000 euro, van moeders rekening. De ouders ontdekken de verdwenen pas en het verdwenen geld en moeder denkt meteen aan haar zoon. Moeder doet aangifte van de diefstal van haar zoon en dient een klacht in.

Ondertussen heeft Jan op de 31e december óók de creditcard van mams ontfutseld en gebruikt daarvan een bedrag van 478 euro. Om,zoals hij zegt, mee te spelen aan een gokspel. Op een pokersite. Jan heeft een historie met gokverslavingen, is gebleken. Als hij gokt vergeet hij even alles om zich heen, zegt Jan nog.

Op de vraag van de rechter of het geld misschien voor het gokken nodig was, zegt Jan: ”Ik ben niet gokverslaafd, ik gok al vanaf mijn 17e jaar en soms twee jaar niet en dan weer vijf jaar wel, dan weer een jaartje niet. Beetje op en af”.

Jan onderbreekt de rechter steeds en insinueert een beetje met zijn ‘niets aan de hand’- houding dat hij bijna vindt dat hij een soort van ‘recht’ op dat gestolen geld heeft. Hij is immers een paar maanden dakloos geweest. Hij heeft het heel zwaar gehad. Hij is van bijstand naar uitkering gegaan en heeft geen baan gehad. Tot nu toe want Jan werkt nu.

Het contact met zijn ouders is altijd goed geweest zegt Jan. Ook nu nog steeds.
Hij woont vlakbij hun. In een studio. Bij zijn ouders wonen benauwt hem en Jan wil op zichzelf wil gaan wonen. En om een huis te huren heb je geld nodig. En ook een pinpas. Hij kiest ervoor om geld te stelen.

Na allerlei uitkeringen en een baanloos bestaan bij zijn ouders thuis, werkt hij nu voor een minimumloon. Dit ontroert hem en om zijn emoties wat kracht bij te zetten zegt hij: ”ik ben daar zó blij mee”. Maar Jan moet terugbetalen. En hoe ziet hij dat zelf, vraagt de rechter.

Nou ja, hij wil dat wel doen maar het moet wél kunnen natuurlijk. Hij heeft nu nog geen geld want zijn baan is in de eerste week van november pas begonnen en Jan heeft al schulden.
Zijn raadsman vult aan dat het om een bedrag van zesduizend euro gaat. Dat vindt Jan wat twijfelachtig.

De bijna 1.500 euro aan gestolen geld moet Jan terugbetalen vindt de rechter en ook krijgt hij een werkstraf van 80 uur. Of 40 dagen gevangenisstraf. De rechter vindt dat het vertrouwen in het gezin op de proef is gesteld en danig is beschadigd.

En als Jan in hoger beroep wil gaan,dan krijgt hij daar veertien dagen bedenktijd voor.
Daar wil Jan nog wel over nadenken.

Geplaatst in Rechtbankverslagen | Getagged , , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Wanneer ‘nee’ echt ‘nee’ is, John

John maakt een vrolijke indruk. Hij huppelt  bijna de rechtszaal in, na een vraag aan de bode hoe lang deze zitting ongeveer gaat duren. John heeft het blijkbaar druk. Hem worden drie strafbare feiten verweten: mishandeling, aanranding en huisvredebreuk.

Vanaf 1996 is John met politie en justitie in aanraking geweest. Berovingen, huiselijk geweld(2006), huiselijk geweld bij ex(2009) en huiselijk geweld bij ex (2010). Heeft u even beeld: John heeft zijn jeugd grotendeels doorgebracht in kindertehuizen, internaten en inrichtingen. Bij John thuis was geen structuur. John beaamt dat.

2005: Na moeizame jaren, zet John’s ex een punt achter hun relatie. Dit, omdat John er meerdere relaties op na houdt en hij huiselijk geweld niet schuwt. Zelfs niet nu hij juist dáárvoor in dit jaar een gevangenisstraf heeft uitgezeten. Ze stopt met hem. Definitief.

Hij heeft nog steeds geen structuur in zijn leven en wat hij ook niet heeft is respect voor de moeder van zijn twee kinderen.

April 2011.
John brengt na een logeerweekend de oudste zoon terug en ziet zijn ex in de hal staan. Hij drukt de deur tegen haar aan en loopt naar binnen, zelfs met een betredingsverbod, en begint een gesprek over de opvoeding. Dit gesprek loopt uit de hand want ex en John denken er niet hetzelfde over. Dan grijpt John  zijn ex zonder slag of stoot met beide handen bij haar borsten en wipt ze wat omhoog. Zomaar,uit het niets. Zij dult dit niet en stuurt hem uit haar huis. Maar John gaat niet en is dat ook niet van plan. Hij zegt dat ze respect moet verdienen. Ze slaat hem in het gezicht. Daarop grijpt hij haar bij haar haren en draait haar haren zó, dat ze wel moet knielen.
En ze valt. Na de worsteling komt er uiteindelijk een buur die hem uit het huis meeneemt.

“Ik handelde meer uit schrik”, zegt John. “Ze sloeg me op mijn beugel”. Het was zelfverdediging geweest, zegt hij nog. Maar bij de politie trekt hij die verklaring in. Zijn ex kan het nooit van hem winnen dus zijn actie was dom, heel dom. Dat geeft hij toe. Zijn ex verklaart dat ze hem nooit in het gezicht zou slaan want: “dan komt hij helemaal los en kan ik naar het ziekenhuis”. Ze heeft alleen geduwd.

Psychiatrische rapporten laten zien dat John structuur mist, zich niet aan regels houdt, lak heeft aan wat een ander wil of denkt, en een antisociale persoonlijkheidsstoornis heeft met als klap op de vuurpijl ADHD en een narcistische problematiek. Hij heeft voortdurend aandacht en vooral bewondering van anderen nodig. Krijgt hij dit niet, dan kan hij zijn agressie niet beheersen. Hij tolereert geen ‘nee’ en laat zich niets vertellen, ook niet door autoriteiten. Hij voelt zich niet gebonden aan regels namelijk.

“dat valt eigenlijk wel mee, rechter, heeft u het dossier goed gelezen?”.
Dat heeft de rechter en ook het rapport van de psychiater, waarin staat dat de kans op herhaling matig tot hoog is.

“Mijn ex en ik raakten elkaar nog vaak aan. Dat was vóór die ruzies heel gewoon”, gooit John  er nog uit.

John ziet zijn kinderen soms in de weekeinden onder begeleiding van Humanitas (sinds 2010), en dan in het huis van zijn huidige vriendin.
Een eigen woning, werk en hobby’s heeft hij niet maar de reclassering begeleidt hem bij het vinden van een huis.
Hij wil zijn kinderen thuis zien,en een goede vader zijn. De training terugvalpreventie heeft hij inmiddels goed doorlopen. Hij belooft beterschap.
Ook wil hij graag een studie gaan doen. En een goede omgang met zijn ex. Hij wil geen contactverbod want de ruzies zijn heel makkelijk te voorkomen, als HIJ zijn handen maar thuis houdt. John snapt het.

Binnenkort gaat John samen met zijn ex in therapie om er achter te komen hoe ze het beste met elkaar kunnen omgaan in het belang van de kinderen.
En die therapie start met een intake op 5 december aanstaande.

Dat zou een prachtig Sinterklaascadeau voor de kinderen zijn…

De eis : zes maanden gevangenisstraf waarvan drie maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. Toezicht van de reclassering en aftrek van voorarrest. De verweerder wil juist géén gevangenisstraf vanwege de omgang met de kinderen maar een werkstraf van 60 uren en zes maanden voorwaardelijk als stok achter de deur.

Uitspraak 8 december 2011.

John krijgt een werkstraf van 60 uren en zes maanden voorwaardelijk als stok achter de deur.

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Op vrije voeten, de zoon

Ergens in de provincie Groningen wordt door familie een winkel bedreven. Vader zit achter de balie, de zoon komt binnen en moeder is druk bezig. De zus is op dat moment niet aanwezig.

Twee gewapende overvallers komen de winkel binnen. Met witte t-shirts als masker voor hun gezicht. Ondanks de maskers herkent de zoon de overvallers als zijnde vaste klanten van hun winkel. Het gaat razendsnel. Eén overvaller houdt de moeder onder schot. ”Buit,buit,buit”, wordt er geroepen. Wanneer de zoon in paniek iets wil ondernemen, wordt er twee maal geschoten. De overvallers snellen weg.

De zoon is beschoten en heeft een kogel in zijn buik en in zijn borst. Hij wordt zwaargewond afgevoerd. Hij overleeft maar is ook na al deze maanden nog steeds erg bang. Zijn lichamelijke herstel verloopt moeizaam.
De pijn is er dagelijks en de nachtmerries in de nacht. De kogel die in zijn buik zit kan worden verwijderd maar die in zijn borst niet. Hij kan niet meer werken en van sporten is geen sprake. Zijn leven staat na deze gewelddadige overval volledig op zijn kop. Hij wil verhuizen nog vóór de daders vrijkomen. Dáár niet meer zijn. Hij vertrouwt niemand meer. Vrienden van hem surveilleren rond de winkel om zo wat veiligheid te bieden.

De verdachten worden na getuigenverklaringen aangehouden.

Er wordt een wit t-shirt gevonden met DNA-sporen.
En een handschoen.Mogelijk door de overvallers achtergelaten in hun vlucht. Maar zijn die bewijzen voldoende als beide verdachten alles ontkennen?

De telefoons van de verdachten zijn getapt maar ook daar komt niet veel belastend bewijs uit naar voren. Wel wordt er tijdens die gesprekken door de verdachten gezegd: ”we worden er in geluisd”.

“Ik was er niet bij, weet je”, zegt verdachte één tegen de rechter.
De ander zegt: ”ik weet niets van een t-shirt en ik ken die winkel niet”. Ze ontkennen iedere betrokkenheid.
Echter,de overvallers zijn gezien in hun vlucht en wel door een zeer belangrijke getuige. En juist die getuige ontbreekt op de zitting.

En deze getuige moet worden gehoord, vindt de rechtbank. Ondanks verzet van het openbaar ministerie wordt voorlopige hechtenis opgeheven en zal de zitting op een ander tijdstip worden voortgezet.
Mogelijk pas in het begin van het volgende jaar.

De verdachten mogen op vrije voeten het vervolg afwachten.

Buiten de zittingszaal zie ik de zoon. Verbijsterd en met grote ogen kijkt hij rond.
Een kogel in zijn borst, doodsangst voor het leven en twee verdachten die vrij rondlopen.

En te weinig tijd om te verhuizen.

Geplaatst in Rechtbankverslagen | Getagged , , , , , , , | Een reactie plaatsen