Poging tot doodslag, wie van de drie…


Er zitten drie mannen in de zittingszaal. Hun zaak wordt om praktische redenen tegelijkertijd behandeld.

Anders gaat het nog langer duren voor de zaak eindigt in een uitspraak. Aangezien het voorval op 10 mei 2010 al plaats had. Poging tot doodslag in vereniging is het verwijt.

 

De Groot(’91), Bakker(’90) en Van Buren(’90) wandelen het uitgaansleven uit in Groningen en lopen rond 5 uur in de ochtend richting de Naberpassage.
Van Meekeren doet dat ook met zijn vriendin. Ze zijn ook uit geweest. Hun fietsen staan vlakbij het gemeentehuis. Van Meekerens vriendin wordt lastiggevallen door de drie mannen. Het loopt tussen de drie heren en Van Meekeren hoog op. Er volgt een opstootje. Het groepje gaat weer uiteen.

 

De vriendin verklaart dat er nog geen minuut zit tussen het opstootje en de hernieuwde aanval van de jongens: De Groot, Bakker en Van Buren. Zij volgen het stelletje en grijpen haar vriend. Slaan hem op de grond en trappen meerdere keren tegen het gezicht en het hoofd. Van Meekeren staat op, bebloed en wel. Hij wordt opnieuw op de grond gegooid en geschopt. Wie heeft dit gedaan?
Beveiligingsbeelden worden op internet geplaatst. Getuigen verklaren dat Van Buren het moet zijn geweest. Schoonmaaksters van het Feithuis hebben ook van alles gezien maar weten niet wie de dader(s) zijn.
Wel zien ze dat het bloed uit het slachtoffer zijn gezicht spoot. Van Meekeren ligt voor dood op de grond.

 

Het zijn mannen met een grijze en met een groene jas, de één lang, de anderen iets kleiner, luidt het signalement.
De heren vluchten laf. Van Buren stapt om precies 06.34 uur snel in de bus en wordt daar aangehouden door politie.
Hij had om veiligheidsredenen maar even zijn jas aan een andere ‘maat’ gegeven. Die zat onder het bloed. Ook zijn gympen gaan op het bureau uit. Daarop zitten bloedsporen.
DNA wordt bemonsterd en dat komt overeen met dat van het slachtoffer. Van Buren ontkent dat hij heeft geschopt. Hij is per ongeluk door al dat bloed gelopen, is zijn verklaring.

 

Bakker en De Groot worden pas in september 2010 opgepakt. Zij melden zich niet even keurig zelf, is het verwijt van de officier van justitie. Bakker herinnert zich niets meer door de enorme hoeveelheid drank. Wat de exacte rol van De Groot is, moet na beelden in de zittingszaal duidelijk worden. De beelden zijn echter niet duidelijk. Er wordt zichtbaar van afstand geschopt en geslagen en geduwd maar wie is wie en welke rol speelt één van hen?

 

Zwijgzaam zitten ze in de zaal. Of ze voor de rechter komen om de lengtes te vergelijken. Van Buren is het kleinst. De lange man zou het hebben gedaan. Dát is De Groot. Maar ook Bakker is niet de kleinste. Alle drie zwijgen ze en verdraaien ze de feiten. Omdat niet rechtmatig kan worden bewezen wie nu welk deel van de poging tot doodslag op zijn conto krijgt, verandert ‘poging tot doodslag in vereniging’ in ‘het plegen van geweldshandelingen’.

 

Van Meekeren heeft een gebroken kaak na het afschuwelijke incident, een gebroken oogkas, een gebroken slaapbot en is maandenlang uit de roulatie. Hij lijdt aan slapeloosheid. Hij beoefent nu een vechtsport om zeker van zichzelf te worden.

 

Alle drie de heren krijgen als eis even te verhapstukken: 240 uur werkstraf en moeten ze aan het slachtoffer een schadevergoeding van 4.200 euro betalen voor de geleden schade en de gemaakte kosten. Dat is toch veel beter dan poging tot doodslag op je CV.

Van Meekeren heeft botte pech.
De Groot, Bakker, en Van Buren hele erge mazzel.

 

DE UITSPRAAK
Deze luidde als volgt: Poging doodslag wordt ‘openbare geweldpleging in vereniging’ omdat niet kan worden bewezen wie nu de werkelijke dader is.
Alle drie de heren krijgen een werkstraf te verhapstukken van 240 uren, 2 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 1 jaar.
De schadevergoedingsmaatregel wordt toegewezen: 4.200 euro moet worden betaald aan het slachtoffer.

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , , , | Een reactie plaatsen

So This Is Goodbye

 

img_20170122_131218

Haar  zoon wordt door een noodlottige samenloop van omstandigheden neergeschoten. Er is geen opzet geweest in het ‘spelen met een wapen’, maar toch, de daad op zich is afschuwelijk. Hij overlijdt en zij als moeder lijdt.

Zij rouwt. Haar man probeert te steunen waar hij maar kan. Ze geeft schreeuwend aan dit niet meer verder te kunnen maar ze gaat verder, hoe moeizaam ook. Iedereen vreest voor de moeder in haar.

De rechtszaak volgt maanden later in juni. Voor haar volgt een onverteerbare uitspraak. “Als de dag komt dat ik ga haten, hou ik op”, schrijft ze. Binnenkort zal de ‘dader’ vrijkomen, hoewel: ze wil hem niet als dader zien. Dat siert haar. Zo is zij. Ieder mens is mooi en iedereen verdient een plek in haar hart.

Na lange tijd begeeft zich weer voorzichtig onder de mensen, met haar luisterende oor en nooit aflatende interesse in anderen. Ondanks haar eigen verdriet probeert ze de draad op te pakken. Even lijkt het er op dat ze zich gaat herpakken in deze voor haar zo zwart geworden wereld. Men is voorzichtig hoopvol over haar fragile stappen.

Ik lees haar berichten en het valt me op dat ze wegzakt. In donkere muziek, verlangend naar de dood. Naar haar zoon. Ze wil bij hem zijn. “Ik voel me zo koud van binnen”, zegt ze. Weerloos is ze, en tot op het bot verdrietig.
Stenen worden over de hele wereld in rivieren gelegd, ter nagedachtenis van haar zoon. Iedereen helpt en steunt, luistert, huilt en leeft mee.

Haar leven is zo ingrijpend veranderd. Men vreest voor de dag dat ze echt niet meer wil, niet meer kan. Met zovelen om haar heen is ze toch volledig alleen. Niemand begrijpt hoe het voelt als je je enige zoon verliest. Dat weet alleen zij. Ze sleept de dood met zich mee, overal.

Lees verder

Geplaatst in Andere verhalen | Getagged , , , , , , , , | 36 reacties

Pooier :”Ik wist niet dat ze minderjarig waren”

Er rijdt een auto in Duitsland. Het is een lange rit vanuit Hongarije.
De chauffeur, Robin, heeft twee meisjes achterin. Zij gaan voor hem werken. Ze zijn er al op gekleed. Ze worden rijk!

Robin ‘s zus Alyda werkt met hem samen. Een pooiersduo dus.
Robin brengt de meisjes naar iedere sexclub die hen maar wil. Dat zijn er veel. Menig uitbater ziet er brood in.

In Keulen, Bonn, Papenburg en in Dôrpen verdienen ze hun eerste geld met hun lichaam. Al zijn ze minderjarig. Ze komen uit het armste deel van Hongarije en zijn bereid veel en snel geld te verdienen. Dat is hun tenslotte ook beloofd. De meisjes denken dat ze rijk worden van het werk. Dat heeft Robin ze verteld. En hij kan het weten. Robin denkt dat je rijk wordt van prostitueren van jonge meisjes.

Na een aantal weken worden de meisjes, Claudia en Gabi, naar Beerta gebracht, naar de club ‘Nightlife’.
Daar werken ze en zodra het onrustig wordt op de ‘markt’ brengt Robin ze verder weg. Overal liggen dollars. Hij verschaft ze een valse ID- kaart en vernietigt alle verdere bewijzen. Niemand weet waar Claudia en Gabi zijn. En dat was nou net de opzet.

Van Lelystad tot aan Dronten, overal verdienen de meisjes geld voor Robin en zijn zus. De in (onder andere) Duitsland woonachtige Alyda doet de administratie. Huurt huizen voor de meiden, herinnert ze aan het netjes afdragen van het verdiende geld voor Robin en haar. Zij int de huur van de huizen of kamers voor een paar weken voor 400 euro per maand. Het is een hele boekhouding.

Inmiddels met de meisjes in Utrecht aangekomen loopt het plan vast: In een club wordt door politie gecontroleerd op ID- kaarten van Claudia en Gabi. Die zijn vals.
In drie maanden tijd zijn er in Hongarije meerdere bezorgde oproepen van familie naar de meisjes. Wat blijkt: Claudia en Gabi zijn weggelopen en in handen gevallen van Robin en zijn zus.

De Hongaarse autoriteiten sporen door middel van telefoontaps. Uiteindelijk worden Claudia en Gabi in Utrecht gevonden. Doodmoe, verdrietig en vooral: bang. Gabi is dan 16 en Claudia pas 15 jaar oud.

Robin is al veroordeeld en nu is de beurt aan zijn zus Alyda. Partner in crime. Zij is niet aanwezig in de zittingszaal, want dat durfde ze dan weer niet maar laat via haar raadsman weten ‘niet op de hoogte te zijn geweest van de leeftijd van de meisjes’. Ze dacht dat ze 23 jaar oud waren. Daarbij meldt ze dat de meisjes zélf heel graag wilden hoereren voor geld. Jazeker.

De uitbater van de club in Beerta getuigt dat Alyda en ‘de man in de auto’(Robin) wel degelijk financieel voordeel hebben genoten van de meisjes. Hij heeft Alyda zelfs horen zeggen: “Óf geld, óf terug naar Hongarije”.

De officier van justitie begint haar eis te formuleren: “Dit alles past bij klassieke uitbuiting. Alyda wist ook dat ze minderjarig waren. Er was voorwaardelijke opzet in het spel: het aanmerken, vervoeren, huisvesten met als oogmerk: prostitutie. Het tot zich beschikbaar stellen en bevoordelen én onttrekking aan het ouderlijk gezag weegt hierin zwaar”.

Ook voor Alyda is de eis als volgt: 18 maanden cel met aftrek van voorarrest.

Het plan is mislukt. Geen geld, geen meisjes die voor hun werken en minachting in detentie want pooiers, man of vrouw, die minderjarige meisjes uitbuiten? Daar zijn de meeste gedetineerden niet zo happig op. Jammer dan.

De uitspraak volgt op 15 maart.

9 maanden krijgt de vrouw die de meisjes gebruikte om er zelf beter van te worden.
Zie ook onderstaande link:

http://groningen.dichtbij.nl/stad-en-regio/celstraf-prostitueren-minderjarige-meisjes

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , , | 3 reacties

Vermoord, met 22 messteken

Het is druk bezet met bewaking in de rechtbank. Er heerst een gespannen sfeer. Er staat vandaag een moordzaak op de rol.

Uiterst zorgvuldig worden de zitplaatsen toegewezen aan nabestaanden, bezoekers, belangstellenden en pers.

Dan wordt Mark binnengebracht door de parketpolitie. Stilte valt de zittingszaal binnen.
Mark (bijna 30) is een moordenaar.

Hij leert Darinda (20) kennen in een café. Vanaf het begin van hun relatie maakt Mark haar duidelijk dat ze hem nooit moet bedriegen met een ander omdat ‘hij dan een hele rare is’.
De relatie stopt meerdere malen en er wordt herenigd. Mark is bezitterig en jaloers en volgt alles wat Darinda doet. Kijkt haar telefoon na, verbiedt haar op MSN te gaan, verbiedt haar make up op te doen en omgang met vrienden. Hij beperkt haar in alles wat ze doet en wil.

Ruzies en mishandelingen volgen wanneer Mark ontdekt dat Darinda een ‘relatie’ heeft met een man uit Friesland. Deze man ontkent alles. Omdat Darinda wel weet dat ze wordt geslagen bekent ze uiteindelijk. Om er maar vanaf te zijn.
Ze praten na de zoveelste ruzie en wandelen zelfs. Als Darinda echt voor Mark wil gaan, dan kiest ze ook honderd procent voor hem en doet ze exact wat Mark wil. En dat houdt in: de kleding dragen die Mark wil. Geen make up, geen hakken aan en alles melden.

Darinda twijfelt na een aantal dagen. Ze wil toch weg. Nadenken en tot rust komen. Ze mag onmiddellijk van Mark de sleutel inleveren en de helft aan huur overmaken. Dat doet ze.

Ze blijft bij haar zus. Het is de 28e mei 2011.

Via de telefoon laat ze Mark weten meer tijd nodig te hebben voor zichzelf en dat ze wat spullen wil halen die nog in het huis staan. Dat wil ze de eerste juni gaan doen. Familie raadt haar af alleen te gaan maar Darinda voelt zich sterk genoeg.

Hoogkerk, 1 juni 2011. Elf uur in de ochtend.
Mark bereidt zich voor op haar komst door in huis messen te verstoppen. In de salontafel, bij de computer, in zijn jas en op zolder waar hij ook al haar spullen heeft staan. Hij haalt vervolgens de harde schijf uit zijn computer en zet buiten de barbecue aan. Bewerkt de harde schijf met een tang en gooit het ding op de barbecue. Dit om te voorkomen dat er op de schijf iets wordt ontdekt door politie.
Om drie uur zal ze komen. Mark haalt nog even twee gram cocaïne, rookt daarvan één gram en wacht.

Darinda komt. Ze gaat met Mark naar de zolder waar haar spullen staan. Pakt een deken op en ruikt daaraan. Vervolgens knapt er iets bij Mark. De buurvrouw hoort ijselijk gillen en daarna doodse stilte.

Mark steekt Darinda eerst in haar rug, vervolgens in haar buik en in haar gezicht en hals.
Maar liefst 22 keer steekt hij haar.
Haar hart is, zo blijkt uit de schouwing, doorzeefd met steekwonden. Mark hakt er op los, om met de woorden van de officier van justitie te spreken: hij slacht haar af. Hij lokte haar naar de zolder waar ze geen schijn van kans had. Een muis in de val.

Darinda sterft vlak voor haar 21e verjaardag. Mark geeft zichzelf aan op het politiebureau aan de Rademarkt in Groningen. Het NFI onderzoekt hem op drugs en alcohol. Vier weken lang onderzoek in het Pieter Baan Centrum levert niets aan informatie op omdat Mark niet wil meewerken. Hij komt die vier weken amper van zijn kamer af.

Mark is tijdens de zitting niet spraakzaam en bekijkt de drieluiken aan de wand in de zittingszaal.
Zegt: “Tja, dit had nooit mogen gebeuren, dus eh…”… Maakt geen verslagen indruk.

Mark is het slachtoffer hier en vind zichzelf nogal zielig, laat de officier weten. Hij wil niet in details treden over Darinda, want “dan krijgt ze nog een slechte naam ook”. Hij doet er nog een schep bovenop. Is duidelijk nog kwaad op de dode Darinda.

Darinda’s moeder spreekt. Haar recht. Amper drie meter verwijderd van de moordenaar van haar dochter klinkt het oorverdovende, hartverscheurende relaas van een rouwende moeder. Ze belooft zichzelf niets aan te doen maar ze is dood van binnen, snikt ze.
Mark knippert nog niet met zijn ogen.

Achter mij in de zittingszaal hoor ik snikken. Het is de moeder van Mark. Haar zoon nam het leven van een ander.
Het is voor iedereen vechten tegen de tranen tijdens het spreekrecht van Darinda’s moeder.
Voor Mark niet.
Ijzig koud en stil leunt hij op de tafel wanneer de officier een eis van 18 jaar uitspreekt. Voor moord met voorbedachten rade. TBS kan ze niet eisen omdat Mark alle medewerking weigerde in het PBC. Op basis daarvan kan geen rapport worden gemaakt. Mark mag het laatste woord maar zegt niets. Hij wil ook niet bij de uitspraak aanwezig zijn, zegt hij.

Uiterst geordend worden mensen de zittingszaal uitgeleid. Ik sta in de grote hal en kijk aangedaan naar de levens die verwoest zijn. Er staat een groepje familie van Mark en verderop een groepje familie van Darinda.

De moeder van Mark kijkt me verwilderd en vol ongeloof aan, haar tranen niet de baas. Haar zoon is een moordenaar.

De moeder van Darinda leunt tegen haar partner met in haar rechterhand de brieven vol met spreekrecht. Ze houdt ze stevig vast. Dit heeft ze nog. En een dode dochter, dat ook.

De uitspraak volgt over twee weken.

De uitspraak was vandaag conform de eis: 18 jaren. Zonder voorwaarde.
http://groningen.dichtbij.nl/112/18-jaar-doodsteken-vriendin

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , | 6 reacties

Uit coma na beschieting

Er zit een snikkende man in de zittingszaal.
De 32-jarige Josto kijkt schuldbewust achterom.
Verdenking: Roekeloos gedrag met een dubbelloops hagelgeweer en wapenhandel.

Op 2 augustus 2011 wordt Nami in het huis van Josto in Groningen neergeschoten. Zijn ingewanden liggen er uit. Nami raakt in coma en blijft vervolgens vijf dagen in deze toestand. Omdat een groot deel van zijn ingewanden, maag, darmen, pancreas, zijn beschadigd en er gevreesd wordt voor zijn leven wordt hij nog dagen in coma gehouden.

Als hij weer bij kennis is wijst Nami Josto aan als dader. De politie vindt het wapen in het huis waar het drama zich heeft afgespeeld.

Josto verklaart de rechter onder druk te zijn gezet door Nami – zelf geen onbekende in de rechtbank- om een wapen te halen uit Hoogeveen. Voor 600 euro. Bij levering wordt de afspraak gemaakt 800 euro aan Josto te betalen.
Het gaat om een dubbelloops hagelgeweer met afgezaagde loop met de daarbij behorende munitie. Hagelproppen.

Josto haalt het wapen op in Hoogeveen bij iemand die hij niet kent. Hij doet dat samen met een soort van kennis uit Assen. Die kent hij wel een ‘beetje’.
Het wapen is op de terugweg naar Groningen in een auto vervoerd met daarbij nog een extra persoon, die Josto ook niet kent. Het zijn allemaal onbekende, vage kennissen van elkaar. Toch zitten ze samen in het huis van Josto het wapen te bekijken.

Het geweer gaat de kamer rond en er wordt wat stoer gedaan. Stelt u zich hierbij een cowboyscene voor.
Dan is Josto aan de beurt.

Hij pakt de tas met het geweer, breekt het open (en spant daarmee de hanen en maakt het wapen dus schietklaar), laadt het, drukt het wapen dicht en een enorme knal volgt.
Nami voelt dat hij is beschoten en rent in paniek naar buiten. Als hij valt ziet hij zijn ingewanden op straat liggen. Politie en ambulance zijn snel ter plaatse want Josto heeft 112 gebeld, hij is de kwaadste niet.

Nami’s toekomst is somber. Er is een stuk van zijn lever verwijderd. Hij draagt een stoma en heeft een nieuwe verbinding gekregen naar zijn galblaas. Zijn milt is verwijderd. Hij krijgt voeding via een maagsonde. Bij opeenvolgende operaties zijn kogels aangetroffen. Van sporten en werken is geen sprake meer. Buiten de angst waarmee hij leeft is er ook een schaamtegevoel voor zijn stoma.

Er zijn verklaringen dat Josto en Nami ruzie hebben gehad op de dag van het ongelukkige incident.

Dat is volgens Josto niet waar. Ook heeft hij niet gericht op Nami. Hij richtte op de grond. Door de knal werd het geweer omhoog geblazen en raakte hij per ongeluk Nami.
“Ik wilde even snel dat wapen regelen, dan was ik maar van de druk af”, zegt Josto.

De officier van justitie is kort van stof: “Dus u regelt een wapen, u pakt de tas met het wapen er in, u vult het met patronen en u kent het wapen niet?”. Josto zegt dat hij niet de bedoeling heeft gehad op Nami te schieten.

Josto heeft op geen enkele manier geprobeerd in contact te komen met het slachtoffer. Niet zo netjes als je de aanstichter bent van dit kwaad.
Josto’s kwam op zijn 18e jaar al voor de kinderrechter wegens wapenbezit en in 2005 stond hij voor het hekje vanwege heling. Ik zwijg maar over zijn jeugd.

Maar Josto wil redden wat er te redden valt en zegt: “Ik doe nu vrijwilligerswerk op scholen. Ik geef voorlichting over hoe je op het rechte pad kunt blijven”.
Zijn raadsman vult aan dat het nooit de bedoeling is geweest Nami te raken met die kogels. Dat zijn cliënt alleen maar erg onder de indruk was toen hij naar het wapen keek. Waarop de officier antwoordt: “Dan had hij kunnen kiezen géén patronen in het wapen te doen, punt!”.

De eis luidt: 9 maanden waarvan 4 voorwaardelijk (aftrek voorarrest) met een proeftijd van twee jaar en verplicht reclasseringstoezicht. Daar bovenop een vergoeding voor de geleden schade: 23.231,00 euro.

*Uitspraak volgt op 8 maart.
Deze luidde: 245 dagen gevangenisstraf met aftrek van voorarrest, en 180 dagen voorwaardelijk. Strikte orders opvolgen van reclassering en als  schadevergoeding €12.231 betalen aan het slachtoffer.

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , | Een reactie plaatsen

Een glas om te steken

Mannen zijn in rechtszaken vaker verdachten dan vrouwen.
De rechtbank in Groningen deed in 2011 uitspraak over 376 zaken. In die zaken waren 351 mannen betrokken en 25 vrouwen, waarvan 4 vrouwen werden vrijgesproken.

Zou het zo zijn dat mannen zwaarder worden gestraft dan vrouwen? Deze zaak zet u vast aan het denken.

Het is de 17e juli 2011 wanneer er een feest gaande is in een aantal cafés in De Wilp. Dat is het nu niet want voor mij in de zittingszaal zit een vrouw. Annette. 25 jaar. Haar wordt poging tot doodslag verweten.

Annette is een dame om te zien. Uit haar kleding blijkt hoe smaakvol ze is. Ze heeft een daverende carrière bij een financieel bedrijf en in woord en gebaar is ze keurig richting de rechters. In het café ging het er met Annette minder flatteus aan toe, ze heeft iemand gestoken met een kapot glas.

In die bewuste nacht komt rond 02.00 uur bij 112 een melding binnen. Er zou in een café een vrouw zijn gestoken met een bierglas. Dit is het lot van Laura. Laura wordt met 30 hechtingen in gezicht en hals gehecht en de inwendige hechtingen zijn ontelbaar. Een winkelhaak in haar gezicht en kaak zijn het blijvende letsel. Onherstelbaar verminkt.
Twee onderliggende spieren zijn gescheurd en artsen spreken van geluk dat niet haar halsslagader is doorgesneden.
Annette zit dan al voor een aantal dagen vast.

Laura is het nieuwe liefje van Dick. Annette ’s ex. Dick en Laura kletsen gezellig wanneer Annette het café binnenkomt. Door drukte, zo verklaart Annette, wordt er wat tegen haar aan gedrukt en bier over haar heen gegooid. Het komt uit de hoek van Dick. Ze bedenkt zich niet en gooit naar haar zeggen ‘een scheutje’ bier terug over zijn schoenen. Laura ziet dat en gooit vervolgens bier in Annette ’s gezicht.

En dan komt het: Annette verklaart dat ze op een verhoging staat, valt, en ín die val haar bierglas per ongeluk kapot knijpt en daarmee Laura onbedoeld verwondt.
Laura stapt naar haar bevindingen naar voren om Annette aan te vallen.
“Het glas brak in de beweging van de val”, zegt ze tegen de rechters. Doordat ze valt, is de afstand klein tussen haar en slachtoffer Laura.

“Nou, dat moet dan een krachtige gooi zijn geweest, wil dat zo’n verwonding teweeg brengen in hals en gezicht”, zegt de officier van justitie. Annette raakt zichtbaar wat in paniek. Haar familie, vrienden en haar baas weten van deze zaak. Haar verdere leven staat op het spel.

De officier haalt uit: “Heeft u gezien dat Laura naar voren stapte of dacht u dat alleen maar. U zegt eerst dat de afstand tussen haar en u anderhalve meter was en nu is het ineens een meter”.
“Klopt”, zegt Annette.
“Wat klopt. Het kan niet allemaal kloppen, het is het één of het ander, een meter of anderhalf”, reageert de officier fel.

Bij Annette volgen tranen. Haar toekomst in duigen. Carrière weg.

De officier vervolgt dat deze zaak wat haar betreft de stempel: poging tot doodslag draagt want ze is bewust met een glas naar het slachtoffer gelopen en heeft haar letsel toegebracht.
Annette heeft met flinke kracht moeten gooien, wil dat dit kaliber letsel tot gevolg hebben. Zij heeft met het glas in de hand, de aanmerkelijke kans geaccepteerd Laura te raken en te verminken en te doden.

De raadsman van Annette pleit voor Annette ’s onschuld, haar carrière, haar leven. Ook wordt vanzelfsprekend genoemd dat Annette nog nooit met justitie in aanmerking is geweest. Mocht dit tot een straf komen, is “mijn cliënt haar leven voorbij”.
De eis van de officier luidde evenmin: 18 maanden cel onvoorwaardelijk. En 350 euro boete.

Op 26 januari volgde de uitspraak.
Annette wordt door de rechtbank vrijgesproken van poging tot doodslag.
Het lag niet in haar bedoeling het slachtoffer te doden. In dit geval , niet eerder met justitie in aanraking en bij celstraf haar baan kwijt , kan worden volstaan met een werkstraf van 240 uur. Aan het slachtoffer moet ze 1526 euro betalen.

Een collega van mij zegt onmiddellijk na die uitspraak dat wanneer het een man was geweest, de straf fors hoger zou zijn uitgevallen.
Kunnen we na deze zaak nog steeds spreken over: “It’s a man’s world” ?

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , , | 3 reacties

Op zoek naar wat…

In een hotel zit ik.

Alleen.
Met mijn schrijfgerei en mijn laptop. Met waardeloos internetbereik.
Drie dagen en drie nachten. Omdat ik dat wil en omdat dat nodig is. Omdat ik op zoek ben.

Ik ben in een dorp waar ik vroeger heel vaak kwam met mijn ouders. Hier sleet ik mijn jeugd. In de bossen van Drenthe. Op een camping vlakbij een zwembad, bij een prachtig meer.

Jarenlang waren we hier. Elke zomer zo’n  6 weken. En in voor- en naseizoen. Tenten werden gebouwd, dromen gedroomd, eerste verliefdheden werden hier uitgemaakt. Vriendinnen kwamen mee, we zwommen de hele dag. Ouders maakten vrienden voor het leven en op vrijdag was er disco op het veld in een legertent. Wat was het bos groen en de wereld nog groot, de speurtochten spannend en de vriendinnen die ik maakte voor de rest van mijn leven. Dacht ik.

Mijn ‘campingvriendin’ is inmiddels, jonger dan ik, vorig jaar zeer plotseling overleden. Wat wist ik vroeger en wat wist ik toch van het leven. Wat wist zij? Als we later oud waren dan zouden we…
Wat wist ik als kind. Hoe snel de dood zou uitrukken en hoe boos de wereld was?
Hoe ik mensen zou verliezen en wat een slaafse gang het leven soms is. Het leven is verliezen.
Soms heel veel verliezen. Van je jeugd tot aan jezelf, je eigenwaarde en je onbezonnenheid. Van het bedrog dat: ‘voor altijd’ heet en de pijn dat het vergankelijke met zich meebrengt. Van het ouder worden en de vraag hoe oud je wordt en óf je wel oud wordt.

Ik ken dit dorp op mijn duimpje. De oude begraafplaats, de mooie huizen. De tunnel met daarachter  het bos. Ik ken de winkels, op een nieuw Chinees restaurant na. En ik ken het hotel waar ik jarenlang -achterin de auto- naar keek omdat het er zo spannend uitzag wanneer we er voorbij reden. Daar logeer ik nu.
Toen was ik 5 of 8 of 14, ik ben nu 43.

De klinkerpaden en het dorpsgezicht zijn hetzelfde gebleven. De rust die het dorp uitstraalt en de plek waar de markt was, vlakbij de kerk. Ik herken het allemaal. Zet me in het bos waar ik zoveel wandelde en ik loop je er blind weer uit.
Ik wandel je naar het meer en waarschuw je voor stronken van de enorme bomen in de paden.

Ik zie mijn vader met zijn beste kameraad een paling eten op de markt. Ook zijn maat ging dood. Mijn vader was nooit zonder hem en nog draagt hij hem elke dag bij zich.
Waar de beide heren dagelijks een hengeltje uitgooiden, daar heeft mijn vader nooit meer gevist. Dat deden ze namelijk samen, nooit alleen.

Ik ben op zoek naar rust. Op zoek naar mezelf. Ik wil antwoorden op vragen die ik hier meen te kunnen vinden.
Vreemd ben ik hier niet, ik voel me er thuis. Ondanks dat ik alleen ben voel ik me niet eenzaam of ongemakkelijk.
Ik stap een restaurant binnen alsof ik de eigenaar ben en schrijf tot diep in de nacht op mijn hotelkamer aan columns en verhalen. In de ochtend drink ik koffie in de toch spannende lounge van het hotel (ik wist het), en maak een praatje met de man die er langer werkt dan ik leef. Al die jaren dat ik voorbij reed op de achterbank in de auto van mijn ouders, werkte hij hier en nu hebben we een gesprekje.
Ik heb ergens het gevoel dat de man het dapper vindt dat ik alleen ben. Hij geeft me de indruk het nog te begrijpen ook.

Is hij ooit op zoek geweest naar zichzelf?
Laat in de avond werkt hij nog.
“Meisje, wat schrijf je toch veel”, zegt hij. Ik lees hem wat columns voor en hij schenkt thee voor me in en we eten samen een appelgebakje.
Het is al bijna 12 uur in de nacht. Andere gasten maken aanstalten om naar hun kamer te gaan. Want dat hoort zo.
Het leven staat op tijd. En daarvan hebben we niet teveel.
En bepaalde dingen ‘horen’ zo.
Men gaat samen naar een hotel, men schrijft niet tot diep in de nacht columns en men gaat als vrouw zijnde al helemaal niet ergens alleen naartoe. En doe je dat wel, dan is er iets niet goed of ben je niet normaal. Dan loop je niet met de meute mee en onderscheid je je van de rest en laten we welzijn: dat is niet altijd gewenst.

Gewenst of niet, normaal of niet, ik trek mij van andermans mening niet veel aan en wil de rust die ik zoek. En wel niet thuis. Het goed om eens op mezelf te zijn en te kijken wat er over is van dat meisje, die vrouw, de moeder die ik ben. De verliezer, de winnaar.
Want gewonnen heb ik ook veel.

De zondag is het zwaarst. Ik loop snel over. Herinneringen volgen snel op elkaar. Ik wandel langs het huis waar ik eens naar binnen ben geweest en dat mijn leven vanaf mijn 15e heeft veranderd. Ik schrik ervan hoe sterk ik ben als ik langsloop. Daarna kruip ik in de veiligste schuilplaats ter wereld genaamd; mijzelf.

Nadenkend over dit weekend en over mijn leven tot nu en de vragen die enigzins beantwoord zijn neem ik een besluit.
Terwijl ik mijn koffer weer inpak voor het vertrek van de volgende dag maak ik met mijzelf een afspraak.
Dit doe ik nog eens.
Helemaal alleen weg.
Op mezelf. Terug naar de basis.

Of ik hier terugkom? Dat denk ik niet. Het is goed geweest voor nu, voor de rust ik zocht. Juist hier.

Na mijn ontbijtje met koffie zwaait de man die er altijd al werkte en nog steeds dienst heeft, me uit.
Of ik uitkijk, want het is glad. Dag spannend hotel, dag jeugdherinneringen. Dag dorp.

Ik kijk uit. Ik rijd mijn leven weer in, ik zal weer rennen en vliegen, studeren en schrijven, liefhebben en kinderen verzorgen en terugkijken op een kort maar heilzaam en louterend weekend.
De volgende keer ga ik naar Ameland. Daar liggen herinneringen.
Of Vlieland.

Waar ook, het wordt een lang weekend mij. Een paar dagen per jaar op zoek naar mezelf.

Geplaatst in Andere verhalen | Getagged , , , , , , , , , | 14 reacties

Te koop: baby schoentjes, nooit gedragen.

For sale: baby shoes, never worn.

Met dit verhaal in zes woorden van schrijver Hemmingway begin ik mijn trieste column van deze week. Het maakt direct duidelijk wat er gaande is. Geen kindje meer.

In Januari 2007 wordt in Hoogezand een wolk van een baby geboren. Joep. Een jongetje. Welkom op de wereld. Joep oogt als een ventje van Hollands welvaren. Moeder Anna en vader Riek zijn dolgelukkig. Zo lijkt het. De roze wolk is van korte duur. Joep valt na een aantal weken af en toe weg en is dan slap. Hij wordt in het ziekenhuis opgenomen ter observatie. Joep mag na vijf dagen weer naar huis. Volgens de artsen is er niets bijzonders met hem aan de hand.

Vijf dagen na thuiskomst van Joep gaat mama naar haar werk. Het is dan de ochtend van tien maart 2007. Vader Riek blijft bij Joep. Hij handelt in auto’s. Bewijsstukken laten zien dat hij ook daadwerkelijk die dag om half twaalf nog een auto overschrijft (dit tijdstip is van cruciaal belang in deze zaak). Na deze verkoop is Lees verder

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

“Mijn leven is niets meer waard”

Jack (49) en Diane zijn al 18 jaar samen wanneer ze een reis naar Suriname maken. Bij terugkomst in Veendam wil Diane praten over hun relatie en maakt ze Jack duidelijk dat ze er mee wil stoppen. Dit komt als een donderslag bij heldere hemel aan bij Jack. De paniek slaat toe als Diane hem zegt dat ze weg gaat.

Hij rent naar de voordeur, draait hem op slot en loopt richting de keuken waar hij standaard een koevoet heeft staan. Altijd handig voor sardientjes in blik. Met de koevoet loopt hij naar de kamer waar Diane zit. Hij wil haar houden. Ze zal blijven.
Hij wil haar slaan met de koevoet. Schreeuwt naar haar: “Mijn leven is niets meer waard, dus dat van jou ook niet!”.

Er ontstaat een worsteling waarbij Diane zich los kan maken en ze vlucht richting de voordeur. Ze krijgt hem net op tijd open en staat al met één been buiten als Jack haar in een wurggreep vastgrijpt, dat wordt gezien door een buurvrouw. Diane gebaart haar dat ze de politie moet bellen.

Jack sleurt Diane weer naar binnen, gooit haar op de eettafel en knijpt weer haar keel dicht. Het is voor Diane nu of nooit. Ze rukt zich los en rent weer naar de nog openstaande voordeur. In haar vlucht trekt Jack aan haar vest en komt ze buiten te staan in haar ontblote bovenlichaam. Op dat moment rijdt de politieauto de straat in.
Een buurman ziet Diane staan en zegt dat hij Jack nog nooit zo gezien heeft, dat hij door het lint moet zijn gegaan. “Jack is gek geworden”.

Bij zijn verhoor zegt Jack dat hij vindt dat hij recht heeft op het voortzetten van de relatie. Hij ontkent verder alles.

Vandaag zit hij voor de rechters. Vanwege drie feiten: twee maal een poging iemand van het leven te beroven en bedreiging.
Want met een koevoet aai je in de regel niemand over zijn bol. Wanneer je iemand de keel dichtknijpt is dat niet om rimpels weg te strijken en een wurggreep lijkt geenszins op een tango.
Jack herinnert zich vrijwel niets in het eerste verhoor. In het tweede wel.

Over zijn jeugd kunnen we kort zijn: erg zwaar. Hij heeft een ontwijkende persoonlijkheidsstoornis, is erg depressief en zes jaar geleden al eens behandeld voor een zware depressie, hij kan geen kritiek aanvaarden en wil dat iedereen hem aardig vindt.

In de zittingszaal geeft hij dan ook sociaal wenselijke antwoorden .
Nu hij weer een paar maanden therapie heeft gehad, heeft hij ineens het licht gezien. Hij accepteert dat Diane niet meer van hem houdt. De therapie zou al stoppen maar Jack wil doorgaan. Hij heeft duidelijk moeite met dingen die eindig zijn.

“Door de therapie ben ik helemaal opnieuw geboren”, zegt hij tegen de rechter. Hij houdt zich keurig aan het contactverbod en is nog nooit met justitie in aanraking geweest.
Dat zijn berichten waar een rechter vrolijk van wordt.

Wettige en overtuigende bewijzen van wat er zich met de koevoet heeft afgespeeld en op de eettafel zijn er niet. Voor de bedreiging eist de officier een straf van 141 dagen waarvan 100 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar en reclasseringstoezicht.

Jack heeft al 41 dagen vastgezeten.
Wetend dat hij in staat is geweest iemand van wie hij 18 jaar hield bijna van het leven te beroven, zal hij nooit meer echt vrij zijn.
Zijn eigen gecreëerde celdeur krijgt zelfs hij niet met een koevoet open.

De uitspraak volgt over twee weken.
Jack is vrij. De uitspraak was conform de eis: 141 dagen waarvan 100 dagen voorwaardelijk.

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , | 1 reactie

“Je kon haar alles laten doen wat je maar wilde”…

Wanneer je als 37- jarige man seksueel misbruik maakt van een meisje van 16 met een geestelijke achterstand, dan mis je niet alleen een belangrijke schakel maar dan ben je gewoon ook heel erg strafbaar.
Dan gebruik je haar onmacht en haar “wilsonbekwaamheid”. Artikel 243 van het Wetboek van Strafrecht.

In de zittingszaal zit Diego. Irakees. Hem wordt verweten seks te hebben gehad met Elise, die een geestesstoornis heeft en dus niet wilsbekwaam is.

Hij heeft 18 maanden celstraf achter de rug voor een poging tot doodslag wanneer hij in het begin van 2006 vrijkomt. Hij heeft dan geen vaste woon- of verblijfplaats en scharrelt wat rond in de provincie.
In een internetcafé ontmoet hij de zwakbegaafde, 16-jarige Elise.
Ze raakt erg onder de indruk van Diego.
Ze is emotioneel erg kwetsbaar door haar geestesvermogen met een kinderlijkheid van een meisje van elf jaar.

Dat hij heeft vastgezeten maakt haar niets uit en haar ouders ook niet want Diego mag na een aantal maanden tijdelijk bij hun komen wonen.
Ze hebben daar elk een eigen kamer, vertelt Diego aan de rechter. Dit via een tolk want de Nederlandse taal gaat hem nog niet zo goed af.

De rechter vraagt hem uit te leggen wat voor soort relatie dit was. “Ik zag haar als mijn zusje, zij was familie. Ik wilde haar beschermen”, zegt hij.

Diego beschermt de zwakbegaafde Elise zo goed, dat hij haar vastbindt met een kattentuigje, een schroevendraaier in haar vagina stopt en meerdere malen per dag, ook anaal, seks met haar wil. Ze moet in opdracht van hem ook geld stelen. Ze is niet tegen Diego’s macht opgewassen.
Wanneer hij een eigen woning krijgt gaat de ‘relatie’ en het misbruik gewoon door. Elise blijft naar hem toe gaan als door een magneet aangetrokken. Zij kan daar niets aan doen, ze weet niet anders.

Moeder ontdekt gedragsveranderingen bij haar dochter. Ze wil onmiddellijk douchen zodra ze bij Diego is geweest en ze heeft veel blauwe plekken op haar lichaam.
Het is dan inmiddels 2009.
Zodra ze zich veilig voelt, doet Elise haar verhaal.
Aangifte volgt.

Bij de politie verklaart Diego dat je Elise alles kon laten doen wat je maar wilde.

Dat mag hij gaan uitleggen voor de rechters.
“Van seks was pas sprake toen Elise al 18 was en ze wilde zelf heel vaak op een dag. Ik was te moe en dan wilde ik nooit”, zegt Diego. “En van vastbinden klopt niets, er zijn immers geen foto’s van haar polsen”…. En daarmee gaat Diego nat want er is door de rechter niets gevraagd over polsen.
Hij praat zijn mond voorbij en maakt een grote fout. Zijn raadsman fronst.

Volgens Diego is het altijd een gelijkwaardige relatie geweest tussen hem en Elise en is het een complot dat hij voor de rechters zit. “Ik hoop op een eerlijk proces”, zegt hij. Deze uitspraak hoor je vaak door verdachten roepen die zelf geenszins eerlijk zijn geweest maar dit terzijde.

Opeens wordt het Diego allemaal teveel. Hij moet dringend naar het toilet. De rechters vinden dat goed. Of hij wel terugkomt.
Jazeker komt Diego terug want hij is van het halsstarrige type wat niet zo makkelijk opgeeft.

Bij terugkomst veegt hij met zijn hand langs zijn mond wanneer hij weer gaat zitten.
Mijn vermoeden is dat hij heeft gespuugd.
Zal dat komen van de strafeis van 15 maanden die de officier van justitie voor hem op tafel legt…… of van walging van zichzelf….

De uitspraak volgt op 9 februari.

15 maanden is wat de straf is. Uitspraak conform de eis.

Geplaatst in Rechtbankverslagen, Uitspraken | Getagged , , , , , , | 1 reactie